Toen ik dacht dat het afgelopen was
volgde nog een herhaling. Ik hoorde
weinig verschil. Dezelfde felle trillers
en loopjes zonder vertraging. Ik hoorde
weinig verschil. En toch was het precies
zoals het moest zijn, zoals het eeuwen
geleden was bedacht, gespeeld. Misschien
kon hij er geen genoeg van krijgen. Elke noot
was voor hem weer nieuw, onverschillig
hoe vaak deze geklonken had. Herhaling
op herhaling. Het is niet anders. Luister.
Dit gedicht is geïnspireerd op een uitvoering van de klaviersonate in A-groot K.536 van Domenico Scarlatti door Benjamin Frith. Maar het kan natuurlijk ook over andere muziek gaan – dat is aan de lezer.